C++ Termen

Compiler
Een programma dat broncode vertaalt naar machinetaal (objectcode).

Linker
Een programma dat losse stukjes gecompileerde code (objectfiles) samenvoegt tot één uitvoerbaar programma.

Executable
Een uitvoerbaar bestand dat direct op de computer kan worden gestart (zoals .exe op Windows of zonder extensie op Linux/macOS).

Object code
De tussenvorm van gecompileerde code, nog niet gelinkt tot een volledig programma (meestal .o of .obj bestanden).

Comment
Tekst in de broncode die wordt genegeerd door de compiler; bedoeld voor uitleg of notities.
(Bijv. // dit is een comment)

Library (Bibliotheek)
Een verzameling herbruikbare functies of klassen die je in je eigen programma kunt gebruiken.

IDE (Integrated Development Environment)
Een programma waarin je kunt programmeren, compileren, debuggen en uitvoeren — alles in één (zoals VS Code, CLion, Code::Blocks).

Function (Functie)
Een herbruikbaar blokje code dat een bepaalde taak uitvoert.
(Bijv. int som(int a, int b) { return a + b; })

Source code (Broncode)
De originele code die jij schrijft in een programmeertaal zoals C++.

Header file
Een bestand (meestal .h of .hpp) waarin je functies, klassen of constanten declareert die je in andere bestanden kunt gebruiken.

Program (Programma)
Een volledige set instructies die een taak uitvoert op je computer, meestal een combinatie van meerdere bestanden.

Compile time (Compileertijd)
De fase waarin de compiler de broncode omzet naar objectcode — vóór het programma wordt uitgevoerd.

Assignment (Toekenning)
Een waarde geven aan een variabele.
(Bijv. x = 5; betekent: geef x de waarde 5.)

Definition (Definitie)
Een variabele of functie aanmaken, met naam en type.
(Bijv. int leeftijd = 20;)

Operation (Bewerking)
Een actie op data, zoals optellen, aftrekken of vergelijken.
(Bijv. a + b, x == y)

cin
Een object in C++ waarmee je invoer van de gebruiker leest.
(Bijv. std::cin >> naam;)

Increment operator (Verhoog-operator)
De ++ operator verhoogt een waarde met 1.
(Bijv. x++ → verhoog x met 1)

Operator (Operator)
Een symbool dat een bewerking aanduidt.
(Bijv. +, -, *, ==)

Concatenation (Samenvoegen)
Twee strings samenvoegen tot één.
(Bijv. "Hallo " + naam → "Hallo Anna")

Initialization (Initialisatie)
Een variabele meteen een waarde geven bij het aanmaken.
(Bijv. int a = 10;)

Type conversion (Typeomzetting)
Een waarde omzetten naar een ander type.
(Bijv. double x = (double) 5;)

Name (Naam)
De identifier (naam) van een variabele, functie of object.
(Bijv. int temperatuur; — “temperatuur” is de naam)

Type safety (Typeveiligheid)
Bescherming tegen fout gebruik van variabelen van verkeerde types.
(Bijv. voorkomt dat je per ongeluk een int als string gebruikt)

Declaration (Declaratie)
Het aankondigen van een variabele of functie, zonder meteen waarde of inhoud.
(Bijv. int getal; of int telOp(int, int);)

Narrowing (Versmalling)
Een waarde omzetten naar een kleiner of beperkter type, wat informatie kan verliezen.
(Bijv. int x = 3.9; → x = 3)

Value (Waarde)
De gegevens die in een variabele zijn opgeslagen.
(Bijv. in int x = 7; is de waarde van x gelijk aan 7)

Decrement (Verlagen)
De -- operator verlaagt een waarde met 1.
(Bijv. x-- → x wordt 1 minder)

Object (Object)
Een instantie van een klasse die gegevens en functies bevat.
(Bijv. std::string tekst = "Hallo"; → tekst is een object)

Variable (Variabele)
Een naam voor een geheugenplek waarin je een waarde kunt opslaan.
(Bijv. int score = 100;)

Widening (Verbreding)
Een kleinere waarde omzetten naar een groter type, meestal veilig.
(Bijv. int naar double)

Truncation (Afkapping)
Het verlies van gegevens bij omzetting, zoals afronden van decimalen.
(Bijv. int x = 8.9; → x = 8)

Abstraction (Abstractie)
Het verbergen van complexe details zodat je alleen werkt met wat belangrijk is.
(Bijv. je gebruikt sort() zonder te weten hoe het intern werkt)

Range-for-statement (Range-for-lus)
Een kortere manier om door een reeks (zoals een vector of array) te lopen.
(Bijv. for (int x : getallen) → loop door elk getal)

push_back()
Een functie van een vector waarmee je een nieuw element aan het einde toevoegt.
(Bijv. woorden.push_back("hond"); voegt "hond" toe aan de vector)

for-statement (for-lus)
Een herhalingsstructuur met een teller.
(Bijv. for (int i = 0; i < 10; ++i) → herhaal 10 keer)

function (Functie)
Een herbruikbaar blokje code dat een bepaalde taak uitvoert.
(Bijv. int som(int a, int b) { return a + b; })

repetition (Herhaling)
Een algemene term voor het uitvoeren van code meerdere keren, meestal met loops.
(Bijv. while, for, do-while)

computation (Berekening)
Het uitvoeren van instructies om een resultaat te krijgen, zoals rekenen of logica.
(Bijv. a + b * 2)

if-statement (if-verklaring)
Een voorwaardelijke structuur waarmee je code alleen uitvoert als een voorwaarde waar is.
(Bijv. if (x > 10) { cout << "Groot"; })

rvalue
Een tijdelijke waarde die geen geheugenlocatie heeft.
(Bijv. 5 + 3 is een rvalue, x = 8 → 8 is een rvalue)

conditional statement (Voorwaardelijke instructie)
Code die beslist of iets wel of niet gebeurt, zoals if, else, switch.

increment (Verhogen)
De ++ operator verhoogt een waarde met 1.
(Bijv. x++ → verhoog x met 1)

selection (Selectie)
Het kiezen van welke code uitgevoerd wordt op basis van een voorwaarde.
(Bijv. met if, else if, else, switch)

declaration (Declaratie)
Het aankondigen van een variabele of functie, zonder meteen waarde of inhoud.
(Bijv. int getal; of int telOp(int, int);)

input (Invoer)
Gegevens die je programma binnenkomen, meestal via cin.
(Bijv. std::cin >> naam;)

size()
Een functie die het aantal elementen in een vector of string geeft.
(Bijv. woorden.size() → geeft lengte van vector)

definition (Definitie)
Het aanmaken van een variabele of functie met naam, type en waarde.
(Bijv. int leeftijd = 20;)

iteration (Iteratie)
Elke herhaling in een lus.
(Bijv. bij een for-loop van 10 keer zijn er 10 iteraties)

sort()
Een standaardfunctie om een reeks (zoals een vector) te sorteren.
(Bijv. std::sort(getallen.begin(), getallen.end());)

divide-and-conquer (Delen-en-heersen)
Een programmeerstrategie waarbij je een probleem opsplitst in kleinere delen.
(Bijv. quicksort gebruikt deze techniek)

loop (Lus)
Een constructie om code meerdere keren uit te voeren.
(Bijv. for, while, do-while)

statement (Statement)
Een instructie in je programma, zoals een toekenning of functieaanroep.
(Bijv. x = 10; is een statement)

else
Wordt gebruikt in combinatie met if voor een alternatief pad.
(Bijv. if (x > 10) {...} else {...})

lvalue
Een waarde met een geheugenlocatie, meestal aan de linkerkant van een toekenning.
(Bijv. x = 5; → x is een lvalue)

switch-statement (switch-verklaring)
Een structuur om meerdere waarden te vergelijken met één variabele.
(Bijv. switch (keuze) { case 1: ... })

while-statement (while-lus)
Een lus die herhaalt zolang een conditie waar is.
(Bijv. while (x < 10) { x++; })

member function (Lidfunctie)
Een functie die hoort bij een object of klasse.
(Bijv. tekst.length() → length() is een memberfunctie van string)

vector
Een standaard C++ container die automatisch groeit.
(Bijv. std::vector<int> getallen;)

expression (Expressie)
Een combinatie van waarden en operators die een resultaat geeft.
(Bijv. a + b, x > 5)

output (Uitvoer)
Gegevens die je programma naar buiten stuurt, meestal via cout.
(Bijv. std::cout << "Hallo";)